Een onregelmatig terugkerende feature van dit weblog is het, van Stephen Colbert geleende, idee van een echt politiek debat met een echt sterke tegenstander: mijzelf. Het onderwerp is hoe we als progressieven om moeten gaan met het populisme.
Vraag: Neemt de positie van politici af? Waarom? Is dat erg? En wat moeten we daaraan doen?
Simon A: Dat ligt er maar helemaal aan welke periode je als referentiekader neemt. Ja, ten opzichte van de jaren '50 is de positie van gezagsdragers af genomen, maar het cruciale scharnierpunt ligt in de jaren '70. Het waren toen de progressieven die zich daarvoor inzetten. De positie van alle gezagsdragers lag onder vuur. Een generatie van jonge progressieven stond tegenover de regenten: macht moest eerlijker verdeeld worden in de samenleving, mensen moesten zelf meer grip krijgen op hun omgeving. De positie van regenten werd door ridiculisering, actie en uiteindelijk verkiezingen afgebroken. De positie van politici in de laatste 40 jaar is niet sterk veranderd. De Nederlanders zijn sinds de jaren '70 vrijer, autonomer en mondiger. En dat tast de positie van gezagsfiguren aan. Dat lijkt me prima. Dat wilden wij als progressieven toch?
Simon B: Daarmee onderschat je de veranderingen die in de laatste tien jaar zich hebben voortgedaan: een groeiend cynisme ten opzichte van politici en een groeiende politiek tegenstelling tussen populistische en elitaire partijen en tussen het bestuur en het volk. Burgers hebben weinig vertrouwen in politici: veel meer mensen dan voorheen hebben geen vertrouwen in politici, denken dat politici liegen en dat zij het slechts opnemen voor hun eigenbelang. Dit wordt nu politiek steeds meer aangesproken door populistische partijen als de PVV en de SP.
Simon A: Hoeveel vertrouwen heb jij in politici in het algemeen? Als ik denk aan mensen als Verhagen, dan kan ik me niet van de indruk onttrekken dat politici onbetrouwbaar zijn, als ik denk aan Verdonk dan zie toch echt een politica die liegt en denk ik aan Zalm, dan zie ik een politicus die daarna snel zijn onkreukbare reputatie te gelde heeft gemaakt. Het is helemaal niet raar dat in een meerpartijenland, een land van minderheden mensen geen vertrouwen hebben in "de politiek" of "het parlement" als dat voor het merendeel gevuld is voor mensen voor wie je niet gekozen hebt. In Amerika hebben mensen ook altijd weinig vertrouwen in "het Congres" maar wel in hun senator of vertegenwoordiger, want dat is toevallig een goede appel in een rotte mand.
Simon B: Dat is volgens mij niet de oorzaak van het wantrouwen in politici: volgens mij is het inderdaad zo dat veel politici niet de waarheid spreken. Het is zo dat partijen in het huidige stelsel gedwongen worden om flexibel om te gaan met de waarheid. Ze charmeren de kiezers met mooie plannen, maar ze realiseren zich maar al te goed dat ze die in het kabinet niet kunnen realiseren, omdat daar voortdurend compromissen worden gesloten: als ik dit niet krijg, dan krijg jij dat ook niet. En de dingen die ze niet kunnen realiseren worden door de media aan de grote klok gehangen, en wat ze wel realiseren dat wordt verzwegen: denk maar aan de PvdA in het kabinet Balkenende, krantenpagina's vol over hoe de PvdA haar ziel aan het CDA verkocht op onderwerpen als de Europese grondwet, het onderzoek naar de oorlog in Irak en de militaire aanwezigheid in Afghanistan, maar geen woord over hoe de PvdA de inkomensverschillen heeft verkleind. Ik ben dan ook niet verbaasd over het feit dat aan de ene kant er
overvragende extreme flankpartijen zijn die van alles beloven maar
buiten de regering blijven, want anders wordt duidelijk dat ook zij
compromissen moeten sluiten. En grijze centrumpartijen die hun kleine
verschillen breed uit meten tijdens de campagne om daar vervolgens niets
mee te kunnen doen. In het huidige monistische stelsel worden partijen gedwongen om deze compromissen te verkopen als hun eigen standpunten. Het wordt tijd om politieke besluitvorming uit de achterkamertjes terug te brengen waar ze hoort in het parlement: dat is transparanter voor burgers. Dualisme dat is wat dit land nodig heeft.
Simon A: Ik denk dat je aan de ene kant de rol van politiek overschat en de grote van het maatschappelijke wantrouwen onderschat: in landen waar er dualistischer bestuur is als Amerika, Zwitserland, Noorwegen en Denenmarken is het politiek vertrouwen niet groter (eerder kleiner). Het is een logisch gevolg van een vrije samenleving dat er wantrouwen is ten opzichte van politici maar ook andere gezagsdragers: religieuze leiders, politie-agenten, onderwijzers of artsen. In een vrije samenleving leven mensen meer op zichzelf, zonder dat ze het gezag nodig hebben, zijn kritisch over hun samenleving en beslissen graag over zichzelf in plaats van dat hun de les gelezen worden door een zelfbenoemde elite.
Simon B: Maar dan erkennen we dus beiden dat er wantrouwen is ten opzichte van het bestuur. Ik denk dat het in de laatste tien jaar is gestegen en jij denkt dat het gelijk is gebleven. Okay: maar ik heb een oplossing daarvoor. Jij niet. Hoe zou jij het wantrouwen oplossen?
Simon A: We moeten gewoon erkennen dat er in een vrije samenleving wantrouwen is. Er zijn gewoon cynische kiezers die verdienen ook vertegenwoordiging. Populisme is daarnaast een belangrijk democratisch fenomeen: het houdt politici bij de les, zorgt ervoor dat ze naar burgers luisteren. Dat is de kern van de democratie: dat iedereen vertegenwoordigd wordt en dat politici naar burgers luisteren. Er is dus niets om op te lossen!
Simon B: Dat vind ik een te radicaal-democratische opvatting. Er is ook een liberaal-democratische opvatting die stelt dat democratie niet slechts gaat om het vertegenwoordigen of het uitvoeren van de wil van het volk, maar om het beschermen van de mensenrechten en burgerrechten. Democratie is een middel om burgerrechten te beschermen, geen doel op zich. Het huidige rechtse populisme bedreigt de burgerrechten zoals privacy om veiligheid te beschermen, mensenrechten zoals vrijheid van godsdienst, om de Nederlandse identiteit te beschermen, en de het internationale volkenrecht om Nederland te beschermen tegen het "gevaar" van vluchtelingen. Dat zijn ook democratische waarden.
Simon A: Democratische waarden? Het is wel erg gemakkelijk om je eigen progressieve waarden neer te zetten als democratische waarden. Ik vind het heel typisch om alles wat mooi en eerlijk is (de rechtsstaat, tolerantie, internationalisme) per se democratie te noemen. Democratie gaat over de vertegenwoordigen van de wil van het volk.
En dus is er maar een conclusie mogelijk: of je het populisme ziet als een bedreiging voor of een uiting van de democratie is afhankelijk van je eigen visie op democratie: als het draait om de vertegenwoordiging van de wil van het volk, dan moeten we accepteren dat er mensen zijn met rechtse opvattingen die gevoelig zijn voor populistische argumenten. En dan hoort de democratie te schuren en hoort wantrouwen erbij. Als democratie draait om liberale waarden, zoals mensenrechten en tolerantie, dan kan het populisme een bedreiging vormen voor onze democratie. Dan staan democratische waarden onder druk door rechts-populisme.